Achter de Hollandse firewall

Ik schrijf deze column vanuit mijn hotelkamer in Riyadh. Een boeiende stad die lijkt op wanneer Den Haag zou zijn overvallen door een zandstorm. Het is dan ook de plek waar de macht resideert. Het aantal overheidsgebouwen per vierkante kilometer is erg hoog. Net als het aantal conferentieoorden, die stuk voor stuk de Utrechtse Jaarbeurs zouden degraderen tot uitgebreide meterkast.

In deze hotelkamer zit ik ietwat bleek rond mijn neus de schrik van mij af te schrijven. Maakt u zich geen zorgen. Ik heb geen last gehad van Jemenitische terroristen of van Libanese dreigementen. Noch ben ik door de kroonprins beschuldigd van corruptie of van misbruik van overheidsfondsen. Nee, vanwege een simpele tweet. Dat zit zo. Vanuit mijn hotelkamer kijk ik uit over de stad. En steeds werd mijn aandacht getrokken door een intrigerend gebouw. Een zandkleurige versie van het Evoluon. Alsof buitenaardse wezens dachten: deze plek is zo droog en dor, hier kunnen we ons ruimteschip veilig parkeren. Hier wordt onze UFO toch nooit gestolen.

Spelende met dit soort gedachten, maakte ik er een foto van en plaatste deze op Twitter. Vergezeld van een korte tekst en een link naar het Wikipedia-artikel over het Evoluon. Je moet tenslotte nooit een kans onbenut laten om Arabieren over Eindhoven te vertellen.

Binnen twee minuten kreeg ik een reply van een Finse meneer. Die omgekeerde vliegende schotel bleek het Ministerie van Binnenlandse Zaken te zijn. En toen hij ooit in Riyadh een dergelijke foto maakte, werd hij door de politie gearresteerd. Het is verboden in Saudi-Arabië om overheidsgebouwen te fotograferen. Hij had dankzij lokale hulp een celstraf weten te ontkomen.

Twee simpele zoekopdrachten bij Google bevestigden zijn verhaal en ik besloot direct mijn tweet te verwijderen. Starend naar mijn beeldscherm werd ik overvallen door een vreemd gevoel. Ik had verwacht om opluchting te voelen, maar ik voelde mij smerig. Alsof ik zojuist stiekem een berg junkfood had gegeten, of te lang op Dumpert.nl had rondgehangen.

Waar had ik mijn principes gelaten? Waar was die man in mij, die zo graag schrijft over het belang van een vrij internet? Had ik hier niet een zaak van moeten maken? Ik zag de headlines al voor me: “FD-columnist verkiest celstraf boven censuur”. Maar helaas. Het was te laat. De tweet was reeds verdwenen in het zwarte gat van de online vergetelheid. Tot zover mijn carrière als martelaar voor de vrijheid van meningsuiting.

Net voordat ik mijn laptop dichtklapte, kreeg ik nog een melding binnen, dit keer via direct message. De verzender was zelf een Saoediër en sprak mij op collegiale wijze toe. Waarom heb je die tweet verwijderd? Daar was niks mis mee, hoor.

Zou er dan inderdaad een nieuwe wind door de woestijn waaien? Ik hoop het van harte. Wie de foto alsnog wil zien, zal even moeten zoeken op @jimstolze. Bij aankomst in Amsterdam heb ik hem alsnog online gezet.

Op de bres voor internetvrijheid, maar wel veilig achter een Hollandse firewall.

Nabranders via Twitter

Column eerder verschenen in het FD van zaterdag 25 november