Een omgekeerde Turing Test

Op Youtube is een filmpje te vinden waarin een Amerikaanse kapsalon wordt gebeld door een robot. De robot heeft de opdracht om een knipafspraak te maken voor ene Lisa op zaterdag tussen tien en twaalf. Het filmpje werd enkele maanden geleden vertoond op een tech-conferentie van Google. Tot hilariteit van de aanwezigen lukte het de robot (genaamd Google Duplex) om daadwerkelijk de afspraak te maken. De kapster had geen moment getwijfeld of ze wel een mens van vlees en bloed aan de lijn had gehad.

Al snel werd de vraag gesteld: Heeft dit systeem nu de Turing Test doorstaan? Dat zou namelijk de eerste keer zijn. Al sinds Alan Turing het experiment in zijn paper uit 1950 beschreef, is er wereldwijd een race ontstaan wie het eerste zo’n systeem kan bouwen. De opzet van het experiment is simpel: een interviewer wordt verteld dat hij met een mens óf een computer gaat praten (oorspronkelijk: typen of chatten). Zijn opdracht is om per geval binnen vijf minuten te achterhalen of hij met een mens of machine te maken heeft. Kan het systeem in 70% van de gevallen de interviewer om de tuin leiden, dan heeft het de Turing Test doorstaan.

Alan Turing destijds dacht zelf dat het rond het jaar 2000 wel zou zijn gelukt. De praktijk blijkt echter weerbarstiger. In de jaarlijkse competitie (de Loebner Prize) halen chatbots doorgaans geen hogere score dan 30%. De vragen zijn dan ook best pittig: Hebben wij elkaar eerder ontmoet? Wie zei “I have a dream”? Wie is je favoriete artiest? Ik moest naar het toilet tijdens de film omdat hij te lang duurde. Wie is hij?

Op basis van die kennis staat ook Google Duplex nog maar in de kinderschoenen. Toegegeven, het kon een kapster om de tuin leiden. Maar dat was geen gesprek van vijf minuten. En toen hetzelfde systeem een tafeltje bij een Chinees restaurant moest reserveren, ontstond er een hilarische Babylonische spraakverwarring.

Het zal nog wel even duren voordat computers voor mensen kunnen doorgaan. Is het daarom niet interessanter om de boel om te draaien? Sinds de jaren tachtig zijn we enorm ons best aan het doen om mensen zich als computers te laten gedragen. Klanttevredenheid kan alleen nog worden uitgedrukt in een enkel cijfer; productinformatie wordt vervangen door QR-codes; teksten worden zo geschreven dat ze vooral goed door zoekmachines kunnen worden ingelezen.

Ik word altijd een beetje treurig als ik me realiseer voor hoeveel mensen hun werk eruit bestaat om informatie in het ene systeem op te zoeken om het daarna in het andere systeem in te voeren. Zijn we echt niet meer dan de interface van onze machines?

Daarover had ik vannacht een droom. Ik droomde van een omgekeerde Turing Test. Geeft u eens antwoord op de volgende vragen:

  1. Heeft u wel eens hardop gelachen terwijl u alleen in de auto zat?
  2. Bent u slechter in hoofdrekenen dan u wilt toegeven?
  3. Heeft u ooit naar de sterren gestaard en u afgevraagd of er iets terugkeek?
  4. Heeft u boeken gekocht die u nog nooit heeft ingekeken?
  5. Verzet u zich tegen uw tranen bij een emotionele scene tijdens een film?
  6. Vraagt u zich soms af hoe u zover bent gekomen en wanneer mensen u door zullen hebben?
  7. Bent u wel eens moe?

Als u een van deze vragen met “ja” hebt beantwoord mag ik u feliciteren. U bent nog steeds mens.